Home ColumnTerug in de tijd

Terug in de tijd

Stel dat je niet leefde in 2025, maar 2000 jaar eerder...

door Danielle Feddes
Zelf een visje vangen voor het eten

Stel dat je terug in de tijd kon gaan. Je leefde niet in 2025, maar tweeduizend jaar eerder, in het jaar 25 na Christus. In de Lage Landen hadden we uiteraard nog nooit van Christus gehoord.

Je woonde in die tijd in je eigen kleine nederzetting, in een eenvoudig onderkomen. Je werd wakker als de vogeltjes je wekten. Onder de douche ging je niet, naar het toilet evenmin; je behielp je maar zo’n beetje. Water haalde je niet uit de kraan, maar uit de put of de regenton. Je schoot je kleren aan die je zelf had geweven, gesponnen of gemaakt van dierenvellen.

Voor het ontbijt bakte je zelf je brood, want een vriezer kende je niet. Boter had je al gekarnd en de jam ingemaakt van fruit uit eigen boomgaard. Je kroes melk haalde je onder de koe of geit vandaan en het ei uit het kippenhok. Voor de verwarming en het licht bestond nog geen schakelaar. Het vuur moest je zelf aanmaken en je stelde je tevreden met daglicht of een kaars die je had gemaakt van bijenwas. Want imker was je natuurlijk ook.

Bomen vellen

Dan schoof je eindelijk met je stoel aan tafel om te kunnen ontbijten. Die meubels had je zelf gemaakt. Eerst een boom geveld, planken gezaagd en geschuurd – tenzij een dorpsgenoot timmerman was en jou een ambachtelijk stuk werk leverde in ruil voor wat jij zelf te bieden had. Na het ontbijt wilde je even een berichtje sturen aan een familielid dat ziek was. Maar ja, mailen of appen was er nog niet bij. Je liet iemand een brief voor je schrijven. Die werd meegestuurd aan een marskramer of een ijlbode. Die spoorslags op zijn paard weg galoppeerde en ijlings je brief bezorgde. Maar dan was de ontvanger misschien al niet meer in leven. Dat wist je nooit.

Je verplaatste je met de benenwagen of je rijdier. Navigatie was niet nodig, je kende de weg. Van het bestaan van andere landen had je nauwelijks benul. Dat je daar ooit naartoe zou kunnen vliegen, kon je je onmogelijk voorstellen. Je stond met beide benen op de grond. Want er moest die avond gegeten worden. Dus ging je de moestuin in.

Je schoffelde, bemestte en oogstte: sla, kool, rapen en uien. Paprika of tomaten en zelfs aardappels waren onbekend. Vervolgens ging je met je hengel op pad en zat je geduldig aan de waterkant om een visje te vangen. Of je nam je geweer mee – o nee, je pijl en boog – om een haas te verschalken. En thuisgekomen bereidde je een stoofpotje van wild: slow cooking was toen al in. De dag was dan al bijna om.

Primitief bestaan

Maar ja, het huis moest nog wel aan kant, en je had geen stofzuiger, dus je ging aan de slag met bezem, sop en een boender. In de keuken (die je niet had) was ondertussen je stoofpotje klaar. Het toetje bestond uit zelfgemaakte vanillevla, maar dan zonder vanille. Bidden en bijbellezen was er niet bij. Je had geen bijbel en zelfs niet één boek. Bovendien kon je toch niet lezen. Een avondje nietsdoen kende je niet. Er moest altijd wel iets geproduceerd of hersteld worden. En dan ging je op tijd naar bed, je wist toch niet hoe laat het was.

Ik stel me weleens voor hoe het zou zijn als mensen van toen naar ons jaar 2025 hadden kunnen reizen. Ze zouden versteld staan van onze woningen met centrale verwarming, tv, magnetron, afwasmachine, koelkast, waterkoker en computer. En uiteraard van onze smartphone waarmee we alles kunnen: van geld opnemen en fotograferen tot videobellen met iemand aan de andere kant van de wereld. Zij zouden al die dingen niet eens begrijpen, maar zich aan onze wereld misschien nog wel kunnen aanpassen. Zouden wij het redden in hun wereld? Zou ik het zélf kunnen, terug naar een primitief bestaan, waarin alles wat je doet tijd en geduld kost?

Geduldig wachten

Aan het slot van dit verhaal moeten nog een paar wijze zinnen komen over geduld. In het jaar 25 had ik die zelf moeten bedenken. Gelukkig is er nu ChatGPT, wat mij in één seconde de volgende woorden levert.

Geduld was vroeger geen keuze, maar een vanzelfsprekendheid. Het leven dwong je om te wachten, om zorgvuldig te werken en de tijd haar gang te laten gaan. Dat geduld bracht een diepte en rust die we nu vaak missen. Misschien moeten we ons afvragen: zijn we werkelijk rijker geworden met al onze snelheid? Of ligt de ware rijkdom juist in het geduld – in het leren wachten en waarderen wat met tijd en aandacht groeit?

(Dit verhaal berust op fantasie en niet op historische feiten.)

Tekst: Thea Westerbeek

Beeld: Pexels

Gelukkig hebben we nu wel mail, boeken en magazines. Heb je nog geen abonnement op Elisabeth Magazine? Dat kan snel geregeld worden. Kijk even bij onze abonnementen, stuur een mailtje en word lid!