Verdriet en rouw horen bij het leven. Elke dag worden we geconfronteerd met leed, veraf en dichtbij: hongerende mensen, stervende kinderen, rampen en ongelukken waarbij grote en kleine mensen omkomen. Vaak voelen we iets van pijn. Meestal zijn we het na een dag of wat weer vergeten. Het leven gaat toch verder? Totdat het jezelf treft…
De wereld staat stil: degene van wie jij zoveel houdt is niet meer. Je geliefde moet je achterlaten op het kille kerkhof. En jij moet verder. Maar hoe? Het leven doet pijn. Het voelt ruw en rauw. Men zegt dat je ‘in de rouw’ bent. Hoe ga je verder? Of ook: hoe help je iemand verder die in de rouw is?
God kan op kritieke momenten ver weg voelen en een grote vraag zijn
Het bekendste verhaal uit de Bijbel over iemand in zware rouw is dat van Job. Job heeft het goed, is rijk, heeft vrouw en kinderen, bedienden en veel vee. Opeens is hij alles kwijt en wordt ziek. Hij scheurt zijn mantel, strooit as op zijn hoofd en scheert zijn hoofdhaar af. In zak en as zit hij. Zijn vrouw gaat anders om met haar verdriet dan hij. Er komen vrienden op bezoek die hem willen troosten. Eerst leven ze geweldig mee: ze barsten uit in luid geweeklaag en zitten zwijgend zeven dagen lang bij hem. Maar daarna houden ze ellenlange toespraken. Zou Job daar iets mee geholpen zijn?
Ballonnen
Hoe uit je je verdriet? Hoe laat je zien dat je in de rouw bent? Elke cultuur en tijd kent zijn eigen gewoonten. In oosterse landen gaat het anders dan bij ons: er wordt geweeklaagd, geschreeuwd en gedanst. In de Bijbel lees je over rouwgewaden, as op het hoofd, lopen op blote voeten, geschreeuw en klaagzangen.
In onze westerse wereld wordt verdriet meer in stilte verwerkt. Gewoonten rond de begrafenis zijn veranderd. Vroeger werden gordijnen gesloten, overledenen thuis opgebaard; buren hadden een taak, men trok zwarte kleren aan, rouwkaarten hadden dikke zwarte randen. Tegenwoordig hebben mensen behoefte aan persoonlijke rituelen. Kisten worden versierd, kaarsen gebrand, ballonnen opgelaten. Het leven van de overledene staat in het middelpunt en wordt gevierd.
Afscheidsdiensten worden persoonlijker met eigen herinneringen, een lievelingslied, een aansprekend gedicht, aangestoken lichtjes. Soms wordt een stille tocht georganiseerd waarbij bloemen en knuffels worden neergelegd. Gevoelens worden geuit en persoonlijk vormgegeven, het geeft een gevoel van verbondenheid. Mooi, maar helpt het mensen in diepe rouw? Wordt de rauwe werkelijkheid van de dood verhuld?
Rouw en trouw
Hoe helpen we iemand in rouw? Wat moet je zeggen? Je voelt je machteloos. Jobs vrienden waren er zeven dagen lang, zwijgend. Voor verdriet zijn geen woorden. Er zijn voor de ander, zwijgend, luisterend als die ander wil vertellen. Zeg niet: de tijd heelt alle wonden. Dat is niet waar. Na een ingrijpend verlies wordt het leven nooit meer hetzelfde. Langzamerhand krijgt het verdriet een plekje en leer je ermee omgaan. Op onverwachte momenten kan het de kop opsteken. Ook dan heb je iemand nodig. Troosten is trouw blijven als het leven moeilijk is.
Vragen en vechten
Hebben we niets te bieden dan een schouder om op uit te huilen? Gelukkig de mens die leeft in gemeenschap met God en in een gemeenschap van gelovigen! Nee, kom niet te snel met de woorden: ‘God is erbij en Hij zal je erdoor dragen.’ Het is waar, maar God kan op kritieke momenten ver weg voelen en een grote vraag zijn. Waarom, God? Waar bent U, God? De psalmen staan vol met deze vragen. Ook die mogen er zijn. Voor een gelovige kan leren leven met verdriet ook zijn: je een weg naar God terugvechten. Ieder is daarin anders. Verdriet mag er zijn. Ook Jezus huilt.
Aan het eind van het bijbelboek Job lezen we dat Job de strijd met God staakt. Antwoorden krijgt hij niet. God gaat zijn begrip te boven. Maar door alles heen is hij dichter bij God gekomen (Job 42:5).
‘Zonder einde is de genade van de Heer, onuitputtelijk is zijn medelijden. Uw grote trouw is iedere ochtend weer nieuw!’ (Klaagliederen 3:22 en 23, Willibrordvertaling 1995).
Dat te leren zien, helpt om verder te leven. Na de donkere, kille winter breekt het voorjaar aan. En de narcissen trompetteren: Jezus leeft en wij zullen Leven! Uiteindelijk is dat onze enige troost.
Uit de Bijbel
Toen stond Job op, hij scheurde zijn kleren, schoor zijn hoofd kaal en wierp zich neer in het stof. Hij zei: ‘Naakt ben ik uit de schoot van mijn moeder gekomen en naakt zal ik in haar schoot terugkeren.’ (NBV)
‘Naakt kom ik uit de schoot van moeder aarde, naakt keer ik daar terug; de Heer geeft, de Heer neemt. Gezegend is de naam van de Heer.’ (Willibrordvertaling 1995)
Job 1:20-21
Tekst: Henke Laban
Beeld: Dreamstime
Zelf de Elisabeth ontvangen? Neem een Jaarabonnement premium.
Verder lezen:
Johannes 11:14-36
1 Tessalonicenzen 5:9-11
Openbaring 21:1-5
Om over na te denken of te doen:
- Jakob en David rouwen allebei anders. (Genesis37 en 2 Samuel 12) Wat is het verschil?
- Hoe kun je in onze tijd laten merken dat je in de rouw bent en hoe uit je je verdriet? Welke rituelen helpen?
- Verdriet verandert mensen. Herkent u dit?
- Troosten is luisteren en bij iemand zijn. Wat zou u daarnaast aan praktische hulp kunnen bieden?