Ze kwam op me aflopen en omhelsde me spontaan: ‘Hé, hoe is het met jou? Wat leuk om je weer te zien!’ Koortsachtig dacht ik na: waar kende ik die vrouw van? Ik begroette haar net zo hartelijk, vroeg naar haar welzijn en dacht: ik kom er vanzelf wel op.
‘Het gaat helemaal niet goed. Ik heb posttraumatische stress’, zei ze mismoedig. ‘O, wat erg’, reageerde ik meelevend. Waar kende ik haar toch van? Van koor? Van de kerk? ‘En ik kan daardoor niet meer werken, vandaar dat je me nooit meer ziet.’ Ik wist zeker dat het geen ex-collega was, maar wat dan wel? Ik mocht haar graag, dat voelde ik.
in feite betekent het einde van een oorlog niet altijd een werkelijke bevrijding
‘Weten ze de oorzaak?’ vroeg ik voorzichtig. ‘Ja, dit hier’, zei ze met een brede armzwaai. Daarvan werd ik niet veel wijzer. Ik keek rond in de synagoge waar we ons bevonden. Het was die dag Jom Hasjoa. De kerken in het stadje noemen dan de namen van de Joden die zijn weggevoerd. Altijd een indrukwekkende gebeurtenis, waarbij mij de eer te beurt valt een gedicht voor te dragen.
‘Je weet toch dat mijn moeder Jodin is?’ vroeg ze. Ik wist het niet, maar zei belangstellend: ‘Vertel verder.’ Dat deed ze. Haar moeder was een van de weinigen in de familie geweest die de oorlog had overleefd. Ze had zich altijd schuldig gevoeld omdat ze in leven was gebleven. Het was een sombere vrouw geworden.
Haar dochter had het gevoel gekregen dat ook zij er niet had mogen zijn. ‘Ineens ben ik ingestort en zwaar depressief geworden. Het schijnt dat veel van mijn generatiegenoten hieraan lijden.’ Ik had daar weleens iets over gelezen. En ik realiseerde me: we praten altijd over 1945, toen de oorlog werd beëindigd. Maar in feite betekent het einde van een oorlog niet altijd een werkelijke bevrijding. De gevolgen kunnen nog generaties lang doorwerken.
Nederlandse jonge mannen en vrouwen vechten wereldwijd in oorlogen. Ook al worden het vredesmissies genoemd, deze mensen komen vaak met vreselijke herinneringen thuis. Je kunt er posttraumatische stress van krijgen, zoals de vrouw met wie ik in gesprek ben.
‘Joh, ik hoop zo dat je opknapt en dat je spoedig weer naar Zwolle kunt reizen’, zei ik. Want het kwartje was eindelijk gevallen. We hebben een paar jaar samen met de trein naar het werk gereisd en voerden destijds hele gesprekken. Een flinke, intelligente vrouw met een hoge functie bij de overheid. Geveld door de gevolgen van de oorlog. Wanneer stopt een oorlog eigenlijk echt?
Dit redactioneel is eerder verschenen in Elisabeth Magazine (2013, editie 9) over oorlog.
Tekst: Thea Westerbeek (Elisabeth)
Lees ook het gedicht ‘Stop het vuile spel’ van Marinus van den Berg.