Pas geleden kregen wij als gezin een nogal confronterende vraag: of wij een asielzoeker in huis wilden opnemen. Wat te doen? Mocht dit wettelijk gezien wel? Was hij te vertrouwen? Of was het onze christenplicht om iemand in nood te helpen? Teksten als ‘Alles wat u voor een ander hebt gedaan, deed u voor Mij’ (Matteüs 25) en ‘Wees gastvrij, want zonder het te beseffen zult u engelen in huis ontvangen’ (Hebreeën 13:2) passeerden de revue. Zouden we door nee te zeggen, nee tegen een engel of zelfs tegen Jezus zeggen?
Gastvrijheid in de Bijbel
Over gastvrijheid en herbergzaamheid zijn in de Bijbel talrijke verhalen te vinden. Denk bijvoorbeeld aan Lot, die Gods boodschappers uitnodigt om bij hem te verblijven. Petrus krijgt in het huis van zijn gastheer een belangrijk visioen! Maar Abraham zet de toon. Hij slacht voor zijn gasten een kalf. Zijn bezoekers blijken engelen te zijn! Je gast mag niets tekortkomen; misschien is het wel God zelf die zich aan jou bekendmaakt…
Bijzondere ontmoetingen
Uit die verhalen blijkt dat gastvrijheid tot bijzondere ontmoetingen kan leiden, die je leven een heel andere wending kunnen geven. Iemand die van elders komt, spreekt, eet, denkt misschien heel anders dan jij. De ontmoeting kan je een nieuw inzicht geven, je wijsheid vergroten. Door gastvrijheid leer je omgaan met mensen die anders zijn.
In de cultuur van het Midden-Oosterse is gastvrijheid nog steeds een belangrijke waarde. Toen mijn man en ik eens op bezoek gingen bij een Libanese arts, sliepen hij en zijn vrouw op een matje en wij in hun fijne tweepersoonsbed. Zij vonden het een eer om met ons te delen wat zij hadden. Wat voelden wij ons opgelaten, maar ook heel dankbaar. Verrassend genoeg gaven zij ook aan dankbaar te zijn, en bemoedigd, omdat wij iets van ons leven met hen wilden delen.
Geven én ontvangen
In het verhaal van Marta en Maria speelt gastvrijheid een belangrijke rol. Jezus heeft zojuist verteld over de barmhartige Samaritaan, die kosten noch moeite gespaard heeft om een gewonde man te helpen. Nu is Marta druk in de weer om haar gasten – Jezus en zijn leerlingen – zo goed mogelijk te verzorgen. Zij lijkt het als een verplichting te zien. Zo hoort het, net als de barmhartige Samaritaan: je geeft, ook al levert het stress en geregel op.
Maar waarom doet Maria dan niets? Zij houdt zich niet aan de regels van gastvrijheid, maar mengt zich onder de gasten! Je kunt je de situatie goed voorstellen. Marta is zo druk met geven dat zij het geschenk van Jezus’ aanwezigheid en inzichten niet meer kan ontvangen. Jezus zelf blijkt de gastheer te zijn die geeft. Jezus vraagt Marta om niet alleen te geven door haar huis open te stellen, maar ook om te ontvangen door haar hart voor Hem open te stellen. Dat is wat echt nodig is: ons hart openstellen voor de ander – en voor de Ander.
Wat betekent gastvrijheid?
Gastvrijheid betekent niet: geven zonder grenzen, maar aanwezig zijn voor de ander. Aan de ene kant vraagt Jezus ons om gastvrij te zijn, en aan de andere kant nodigt Hij ons bij Hem uit. De Bijbel zegt meermalen dat God een maaltijd voorbereidt waar wij welkom zijn (Psalm 23, Openbaring 19 en denk bijvoorbeeld aan het Avondmaal). Ook in het verhaal van de Emmaüsgangers komen we het principe tegen dat Jezus de gastheer blijkt (Lucas 24). De mannen nodigen Hem uit, maar Hij is degene die het brood deelt. Zo wil Jezus ook ons gastvrij ontvangen. In zijn aanwezigheid mogen we tot rust komen en genieten van wat Hij geeft. Daardoor krijgen wij de inspiratie om ook anderen te laten genieten van wat we gekregen hebben.
Aan Gods tafel
Uiteindelijk boden wij de asielzoeker geen slaap-, maar een werkplek en hielpen hem met praktische zaken. Wij openden ons hart voor hem door te luisteren naar zijn zorgen. Gastvrijheid is: de ander laten weten dat hij ertoe doet. Je kunt gastvrijheid dus op meerdere manieren verlenen: met een luisterend oor, door taalmaatje te zijn, iets te geven, boodschappen voor iemand mee te nemen of te helpen met klussen. Het vraagt onze aandacht, tijd en geduld. Maar daardoor ontvangen we ook het geschenk van iemands aanwezigheid. Én krijgen we een voorproefje van de hemel, waar mensen van allerlei culturen aan Gods tafel welkom zijn.
Wat zegt de Bijbel over gastvrijheid?
Toen ze verder trokken ging Hij een dorp in, waar Hij gastvrij werd ontvangen door een vrouw die Marta heette. Haar zuster, Maria, ging aan de voeten van de Heer zitten en luisterde naar zijn woorden. Maar Marta werd helemaal in beslag genomen door de zorg voor haar gasten. Ze ging naar Jezus toe en zei: ‘Heer, kan het U niet schelen dat mijn zuster mij al het werk alleen laat doen? Zeg tegen haar dat ze mij moet helpen.’ De Heer zei tegen haar: ‘Marta, Marta, je bent zo bezorgd en je maakt je druk over zoveel dingen. Er is maar één ding noodzakelijk. Maria heeft het juiste gekozen, en dat zal haar niet worden ontnomen.’
Lucas 10:38-42
Verder lezen in de Bijbel:
- Genesis 18:1-10
- Johannes 14:1-3, 23
- Openbaring 3:20
- Lucas 10:25-27, 14:7-14
Vragen om te overdenken of te doen:
- Wat heb jij nodig om je welkom te voelen bij een ander en wat heb je nodig om je hart te kunnen openen voor een ander?
- Vraag iemand op bezoek die je normaal gesproken niet zo gauw zou uitnodigen;
- Beluister de liederen ‘Welkom in Gods huis’ (LEV) en ‘Met open armen’ (Schrijvers voor gerechtigheid). Wat spreekt je erin aan?
Deze overdenking komt uit Elisabeth Magazine (2022, editie 4) over gastvrijheid, een themanummer speciaal voor kerken en verenigingen. Bekijk onze collectieve abonnementen, deel Elisabeth uit in de kerk of download een themanummer gratis.
Tekst: Marije Vermaas
Beeld: Fauxels (via Pexels)